Vanmiddag rond een uur of drie was ik bij het gemeentehuis. Raadhuis heette dat tot het jaar 2000, omdat in de decennia daarvoor elke burger een blinde vlek had voor welke werkzaamheden daar werden verricht. Een zwarte inktvlek waar de bruine bakstenen architectuur van het gebouw, aan de kant van de Amsterdamsestraatweg nog een treffend voorbeeld van is. Een staaltje architectuur waardoor een argeloze toerist of koning zich kan afvragen of achter deze muur het gilde van de stedelijke pennenlikkers hun werkzaamheden ongezien maar blind voor de aanzien van de persoon verrichten.
Anno 2022 staat dit gebouw bekend als het gemeentehuis. Om te benadrukken dat iedereen gemeenzaam deel mag nemen aan dezelfde gemeenschap van goederen, diensten en lasten. Daar dezelfde verantwoordelijkheid voor draagt.|Al bestaat er nog steeds verschil in inkomsten en kansengelijkheid. Veroorzaakt door of je op de Berg woont met een gouden lepel in je kont of in de Kruiskamp met nog geen nagel om in je kruis te krabben.
.
Ik was daar om een kwijtscheldingsformulier voor de waardebeschikking van mijn huurhuis op te halen. Een kwijtschelding die ik eerder automatisch kreeg, maar na het verjaardagsbezoek van Willem-Alexander, Maxima en zijn drie opgroeiende dochters wat meer administratieve rompslomp vraagt. Opvoeden kost goud geld en denken dat dit feest zichzelf betaalt al helemaal hoor ik mijn moeder nog zeggen. Terwijl het Koninklijk huis toch al stoeit met zijn eigen toeslagen affaire.
Bij binnenkomst zag ik links aan de receptiebalie twee knappe meisjes zitten in de leeftijd van rond de vijfentwintig lentes. Eenzelfde vorm van het gelaat, dezelfde haarkleur, dezelfde intens vrouwelijke uitstraling. Alleen wat ze aanhadden verschilde in kleur en snit. Om niet al te veel etnisch te profileren wil ik alleen zeggen dat ze uit het buitenland kwamen. Met hun zigeunerzwarte haren. Amandelvormige ogen als antilopen of de dichteressen en zangeressen van het Griekse eiland Lefkas. Hoe ze daar in een gewijde stilte zaten met hun kersenrode spraakorganen. Lippen die elk woord dat daar van afrolde wel zouden verzoeten zonder kunstmatige zoethoudertjes als sucrose, dacht ik dichterlijk in het taalgebruik van de tachtigers. Spontaan wilde ik opmerken. Ook al slaat jullie gelijkenis en verhouding tot elkaar in als een bom en mij met stomheid, geeft mij dat toch de niet te stillen hoop dat jullie als tweelingzussen tot de knapste ambtenaressen van de gemeente Amersfoort behoren.Klopt dat ook? Ik hield echter mijn mond. Een vorm van zelfcensuur zo voelde het, die de vrijheid van meningsuiting en zeker die van de dichtkunst nekt. Wat tot verregaande taalarmoede leidt. Een trend nu al zichtbaar bijdat kleine café aan de haven en de Eem, waar het hoogtepunt van de ‘arte povera della parola’niet verder reikt dan de onzin; mijn eieren zijn over datum. Wat door elke weldenkende vrouw als een vrouwonvriendelijke opmerking kan worden opgevat.
Tegenwoordig maakt het niet meer uit waar je vandaan komt. Alles wat ongevraagd de grens dreigt te overschrijden moet worden terug gestuurd naar de afzender. Met een aantekening op zijn morele strafblad. Wat ook voor complimenten geldt. Hoe ik met het hart van een dichter ooit aan een vriendin had moeten komen wanneer dat vroeger ook al zo strikt had gegolden, belast de achterstand van mijn herinnering. Als ik nooit de mogelijkheid had gehad een vrouw met gedichten te versieren.
Want geen vrouw beantwoordt voor mij in heel die discussie de prangende vraag; hoe moet je als man aan een vrouw nu nog een compliment maken als zoete wijn.? Hoe Je lof te uiten zonder dat dit direct wordt uitgelegd als seksuele interesse of toenadering. Moet het gedrag zo geforceerd raken dat vrouwen nu eerst letterlijk moeten zeggen; ik sta het komende halfuur open voor complimenten? Na die tijd kom je voor een gesloten loket.
Wie weet is dat wel de enige reden om de horeca open te gooien. Willen al die half miljoen ondertekenaars van het manifest van de coalitie elkaar versieren. Door ervoor te zorgen dat de geslachten en LHBTIQ+ gemeenschap zich weer wat vrijer kunnen uiten naar elkaar toe. Of deze adempuaze ook leidt tot meer ademruimte durft geen viroloog met verstand van zaken te beweren. Het zaad besmet of niet kan zich weer onderling vermengen. Al hebben de meesten voor de toenaderingspogingen in het week-end wel de hulp van de nodige slokken alcohol nodig. Wat de kwaliteit van het zaad niet ten goede komt. Wat weer tot de conclusie leidt dat een gezonde dosis vrijheid beter kan bestaan door nuchter je tijd af te wachten. Het moment dat alles weer kan zonder risico. Dan je te overhaasten door een overmaat aan endemische en geestvernauwende middelen te slikken . Al beweren verslaafden het tegendeel. Dat ze zich vrijer en verruimder voelen. Niet zo vreemd als we aan de filosoof Plato denken, waar de bewoners van de grot niet in staat zijn door zelfbedrog de werkelijke omvang van hun gevangenis te bepalen
Een toename van het onderlinge wantrouwen in de maatschappij maakt ook dat de discussie rond Metoo# op het scherp van de snede wordt uitgevochten. De eigen verantwoordelijkheid waar liberalen zo dol op zijn maakt dat elke overtreding moreel gezien even zwaar telt. Terwijl om de polarisatie te bestrijden de strijd zou moeten worden gevoerd als; Una dolce guerra. Een zoete oorlog.Zo als de Italianen zeggen.
Of wie weet kan de leeftijd van de dader een rol spelen in de hele discussie rond grensoverschrijdend seksueel gedrag. Als een verzachtende omstandigheid gelden. Wat maakt dat ik als pensionado mij iets meer permitteren kan dan een bronstiger macho, omdat de meeste vrouwen mij in fysiek opzicht verre de baas zijn. Over het geestelijke aspect wil ik mij hier nu niet uitlaten. Lichamelijk overwicht vooral slaat op de omvang van mijn middel. Of kan ik als verklaring aanvoeren wat mijn leraar Latijn dhr. Kramer elke les wel een keer zei; C’est le ton qui fait la musique. Waardoor vrouwen gillend op de vlucht slaan bij ontstentenis van de toonvastheid van mijn Hollandse stem. En zodoende automatisch buiten handbereik blijven doordat mijn complimenten klinken als krassende violen in het donker.
Blijft mij niets anders over te hopen op clementie van de overheid. Dat mijn gevorderde leeftijd en gebrek aan inkomen vrijwel automatisch leiden tot kwijtschelding van de belasting. Met het argument dat ik lijd onder een geestelijk bankroet door nog veel zwaardere belastingen waarmee ik maatschappelijk gezien steeds verder achterop raak. De kloof tussen mij en het betere geslacht groeit, omdat ik die als belasting ondanks prostaatproblemen alleen van mijzelf af kan trekken.
Ludo